NIET TE VERGETEN: DE WIJNEN VAN ZUID-TIROL
Ze lijken het kind van de historische rekening, de wijnen van Alto Adige. Hoog tijd ze wat bij te lichten.
Soms moet je wat extra's doen. Zo heeft een Italiaanse burgemeester bovenop de bergwand een spiegel laten monteren. Daarmee zet hij zijn schaduwdorp in het zonnetje. (Zie Cacciucco, het boek, p.82 e.v. & p.188 e.v.)
Net als dat dorpje hebben de wijnen van Alto Adige een extra spotlight nodig. Want 'Alto Adige' zegt de meeste mensen niets. Ook als ze horen dat de Italianen er Zuid-Tirol mee bedoelen veren ze niet op. Misschien wel denkend aan de bergen, maar niet aan wijn. Daarbij heeft het er alle schijn van dat die wijn last heeft van de geschiedenis. Sinds een speling van het lot hoort Südtirol bij Italië en daardoor vallen de wijnen er tussen de wal en het schip. In hoofd en hart van de consument die denkt aan vino italiano is geen plaats voor wijn uit een Duitstalig gebied. En ook als-ie voor het schap staat met zin in Wein, ziet hij Zuid-Tirol over het hoofd. Want dat is Italië...
Zonde. Juist de 'Duitsige' inslag van de Zuid-Tiroolse wijnmakers en de ligging van hun wijngaarden combineert namelijk het goede van beide werelden. Vaak geworteld op steile hellingen aan de gunstige kant van de Alpen, hebben Zuid-Tiroolse druivenstokken voor hun zon geen spiegel nodig.
Ze staan er Eerste Rang, om niet te zeggen: Balkon, terwijl die bevoorrechte positie doorgaans wordt omgezet in wijn door uitgesproken gründliche Tiroler. En je kan terecht over wijn romantisch doen, maar zonder een serieuze producent kan-ie katerig uitvallen. Daardoor kan je er bijna vergif op innemen dat het resultaat hier klare wijn zal zijn. Helder, zuiver. Zo zijn we meteen bij de belangrijkste kwaliteit van Zuid-Tiroolse wijn: hun betrouwbaarheid. Dat geldt hier 'dalbreed', van de biodynamische topwijnen van de legendarische Alois Lageder tot en met de massaproductie van grote coöperaties. Niet in het minst door ordelijkheid, van plant tot fles.
Nogal wat van die Zuid-Tiroolse druivenplanten zijn niet inheems. Maar allochtonen kunnen het ook ver van huis uitstekend doen, soms zelfs beter, en de hoogte van de Zuid-Tiroolse wijngaarden brengt in veel druivensoorten het beste boven. Vooral de combinatie van warmte overdag met koele nachten draagt bij aan de elegantie van wat er in het glas belandt. Daardoor durft een aantal producenten zich zelfs te wagen aan het altijd hachelijke avontuur met pinot noir. Alhier onder de naam blauburgunder/pinot nero.
Het Zuid-Tiroolse wijngebied heeft een uitgesproken Y-vorm, als gevolg van de loop van twee rivieren. De rivier de Etsch/Adige komt van het noordwesten en vervolgt na een knik zijn weg richting zuiden. De Eisack/Isarco vloeit vanuit noordoostelijke richting bij die knik in de Adige. Middenin het centrum van dit alles: de Zuid-Tiroolse hoofdstad Bozen/Bolzano.
Ondertussen wijzen al die dubbele namen op nog een probleem van de Zuid-Tiroolse wijn: de tweetaligheid. Dat werkt verwarrend. Bovendien is het verrassend dat in een gebied met zo'n hoogwaardig potentieel veel wijngaarden zijn beplant met simpele vernatsch. Daarvan geeft de Italiaanse naam schiava ('slavin') al aan dat deze soort niet in torenhoog aanzien staat. Echt erg is dat trouwens niet. Bij doordeweekse dagen (en eten) past doordeweekse wijn, en van die dagen zijn er het meest. Voorwaarde is wel dat zulke wijnen zichzelf mogen zijn. Wijnmakers willen het namelijk niet altijd weten, maar door een Fiatje 500 op te voeren krijg je nog geen Ferrari.
Qua quantiteit regeert de vernatsch vooral rond de Kalterersee/Lago di Caldaro, wat kwaliteit betreft staat de St.Magdalener/Santa Maddalena-zone vooraan. Een andere lokale soort, lagrein, gaat in zijn dieprode vorm als Lagrein Dunkel/Scuro door het leven en geeft onder de naam Kretzer/Rosato een stevige, maar geurige rosé.
Steilte heeft zijn prijs. Wijnbouwer Klaus Lentsch toont het enige mechaniek waarmee hij in zijn wijngaard uit de voeten kan.
Ronduit spannend zijn de Zuid-Tiroolse witte en niet alleen door de gunstige verhouding tussen kwaliteit en prijs. Zelfs doorgaans doodsaaie soorten als silvaner en müller-thurgau komen hier tot leven, laat staan wat er gebeuren kan met weissburgunder/pinot bianco, ruländer/pinot grigio & Co. Fris en fruitig knallen ze uit het glas. Sterker, soorten als gewürztraminer/traminer aromatico hebben het al van nature, maar soms kunnen ook sauvignon en riesling hier bijna té aromatisch zijn
Zeldzame witte zijn er ook, zoals die gemaakt van de roter veltliner. En probeer voor een regelrechte sensatie een goldmuskateller/moscato giallo in de niet-zoete variant: één en al fruit en aroma. En toch... droog. Heerlijker kan een mens niet in de war raken.
*
Na elkaar gaan ze prima samen: Fietsen & Wijn. Op www.suedtiroler-weinstrasse.it staan onder meer drie wijn-fietsroutes, inclusief fraaie roadbooks en te downloaden GPS-tracks.
*
© Joost Overhoff